Buik - Inleiding

Een reconstructie met lichaamseigen weefsel gebeurt voornamelijk met huid- en vetweefsel van de onderbuik tussen de navel en de schaamstreek. Het weefsel ter hoogte van de buik bootst de consistentie van de borst het beste na en bovendien is er bij de westerse vrouw meestal voldoende weefsel voorhanden. De verwijdering van dit overtollig vetweefsel zal daarnaast ook de esthetiek van de buik verbeteren.


Er zijn verschillende technieken beschikbaar om dit weefsel te transplanteren. De TRAM (transverse rectus abdominis musculo-cutaneous) flap werd voor het eerst beschreven in 1979. Tijdens de jaren ’80 en ’90 was het de standaardmethode om een autologe borstreconstructie uit te voeren. Dankzij de ontwikkeling van nieuwe chirurgische technieken is het nu mogelijk om ditzelfde huid- en vetweefsel van de buik te gebruiken, zonder enige beschadiging van de onderliggende rechte buikspier.