Huidschade na bestraling

Onmiddellijke schade

Het is normaal dat uw bestraalde huid reageert op de bestraling. De mate waarin de huid reageert verschilt van persoon tot persoon en is afhankelijk van de gebruikte bestralingstechniek.

De huidreacties zijn enkel mogelijk op de plaats waar u bestraald wordt en komen meestal voor ter hoogte van het operatielitteken of ter hoogte van de huidplooien (onder de borst of in de oksel). Men spreekt ook vaak over ‘brandwonden’ ten gevolge van de bestraling (acute radiodermitis). Meestal wordt de huid in de 2de tot 3de week van de bestraling rood. 

 Typische verschijnselen na bestraling:

  • Roodheid

  • Schilfers ter hoogte van de huid, droge huid

  • Jeuk

  • Irritatie en pijn ter hoogte van de bestraalde huid

  • De huid is gevoelig en kan warm aanvoelen

  • Een open wonde

De huidreactie bereikt een piek in de laatste week van de behandeling tot de eerste week erna. Op het einde van de bestraling kan uw huid een open wonde zijn, maar dit is zeker niet bij iedereen het geval. Om dit zoveel mogelijk te voorkomen, is het belangrijk om onderstaande tips correct toe te passen. Huidreacties genezen doorgaans binnen de vier weken na de laatste bestraling.

 

TIPS tijdens de bestralingsperiode

  • Inspecteer dagelijks de bestraalde huid.

  • Was u met een zachte douche-olie of zeep (vb. Eucerin waslotion, Bodysol douche-olie, Mustela babyzeep, Mustela babyshampoo 2 in 1, Sanex zero of Sebamed zeep). Deze producten hebben geen parfum en geen bewaarmiddel.

  • Neem liever een douche dan een bad. In bad liggen kan de huid teveel verweken en kan de markeringen op de huid doen verdwijnen.

  • Dep uw huid droog met zachte handdoeken, nooit wrijven.

  • Houd de huidplooien goed droog. Breng een wattenkompres of een katoenen zakdoek aan tussen de huidplooien, bijvoorbeeld onder uw borst.

  • Soms kan de huid ook plots gevoelig reageren op een wasmiddel. Gebruik dan een neutraal wasmiddel en gebruik even geen wasverzachters.

  • Draag loszittende kledij, zo vermijdt u druk en wrijving. Draag bijvoorbeeld een katoenen hemdje onder uw BH of een BH zonder beugels. Draag liefst katoenen kledij, dit is luchtiger.

  • Indien nodig zal de arts u een hydraterende crème voorschrijven. Gebruik deze  enkel als  de arts u adviseert om ermee te starten.

  • Breng de crème aan als preventie voor uitdroging van de bestraalde huid. Doe dit minimum 2 maal per dag. Leg geen dikke laag crème op uw huid maar masseer een kleine hoeveelheid volledig in. Voor een oppervlakte te vergelijken met een handpalm heeft u ongeveer een hoeveelheid crème ter grootte van een erwt nodig. De producten dringen het beste in wanneer u eerst de huid lichtjes bevochtigt, bijvoorbeeld na het douchen.

  • Was de hydraterende crème niet af voor de bestraling.

  • Wanneer u last krijgt van jeuk, kan een coldcream met ureum voorgeschreven worden om de jeuk te verminderen. U kan jeuk ook voorkomen door u regelmatig te verfrissen en luchtige, katoenen kledij aan te trekken.

LET OP

  • Let op: wrijf niet te hard met een washandje ter hoogte van de bestraalde huid, spoelen mag wel.

  • Vermijd aluminiumhoudende deodorants, parfum, geparfumeerde zepen, bodylotions en shampoo’s. Deze kunnen irritatie en eczeem veroorzaken. Wilt u toch wat parfum gebruiken, breng die dan voorzichtig aan op uw kledij.

  • Gebruik geen producten die alcohol bevatten zoals eau de cologne of aftershave lotions. Deze drogen de huid uit.

  • Gebruik geen poeders want ze schuren teveel.

  • Breng geen kleefpleister aan in de bestraalde zone. Gebruik ook geen ether.

  • Krab bij jeuk niet aan de bestraalde huid. Soms kan het helpen om deze plaats even te ontbloten. Bespreek dit probleem ook met de bestralingsarts. Die zal u de gepaste zalf voorschrijven.

  • Stel de bestraalde huid niet bloot aan UV-stralen (de zon & zonnebank). Dek de bestraalde zone steeds af met kledij of een sjaal.

  • Ga niet zwemmen in chloorwater en ga niet naar de sauna. Dit heeft een uitdrogend effect.

 

TIPS na de bestralingsperiode

  • Nog steeds blijven douchen. De huid moet eerst hersteld zijn voor u terug een bad mag nemen of mag gaan zwemmen.

  • Was na de laatste bestraling de aangebrachte markeringen niet meteen af. Teveel en te hard wrijven kan uw huid nog meer beschadigen en ze verdwijnen toch vanzelf, ongeveer na 1 week.

  • Hydrateer uw huid verder als uw huid na de bestraling droog is. Doe dit zolang uw arts dit nodig acht.

  • Let op bij het zonnen, vooral het eerste jaar na de bestraling. Bedek steeds de bestraalde huid en gebruik een zonnecrème (Sun block factor 50). Het is aan te raden dit ook na het eerste jaar verder te blijven doen.

  

Schade op lange termijn

Bijwerkingen op lange termijn (weken tot maanden na de bestraling) komen in de meeste gevallen slechts voor op de bestraalde plaatsen en niet elders in het lichaam. Na de bestraling kunnen er blijvende cosmetische veranderingen optreden. De bestraalde borst kan er anders uitzien dan de andere borst: harder, steviger en verkleurd. Deze veranderingen zullen tijdens uw controles opgevolgd worden.

Na het genezen kan uw huid donkerder blijven.

De borst of de oksel kunnen steviger en harder aanvoelen door vorming van littekenweefsel. Weefsels worden taaier en verliezen hun elasticiteit. Men noemt dit fibrose van de borst.

Sommige vrouwen hebben het gevoel dat de borst groter geworden is. Meestal is dit tijdelijk en te wijten aan reactief oedeem. Fibrose kan ook last geven t.h.v. de gewrichten en dit kan vervelend zijn bij het bewegen van bijvoorbeeld de arm en schouder. Kine kan hierbij helpen.

Bron: Brochure UZ Gent